Bijzonderheden melden

Het is goed u te realiseren dat een goede communicatie tussen u en de Trombosedienst een voorwaarde is voor veilige antistollingsbehandeling. De Trombosedienst houdt bij het doseren van het aantal tabletten rekening met relevante medische informatie. Soms is die informatie zodanig dat het verstandig is om het aantal tabletten (tijdelijk) aan te passen. Zo streeft de TDRE ernaar uw INR binnen de voor u geldende range te houden. Hierdoor wordt de kans op bloedingen of trombo-embolische complicaties zo klein mogelijk. Het is dus erg belangrijk dat u de Trombosedienst vertelt over de veranderingen in uw gezondheid.

Dit kunt u doorgeven tijdens de bloedafname of, indien dit zich tussentijds voordoet, bij de Trombosedienst.

Bijzonderheden die belangrijk zijn om door te geven:

  • een operatie of ingreep
  • een ziekenhuisopname; laat ook uw doseerschema zien aan de arts of verpleegkundige in het ziekenhuis
  • (spontane) bloedingen of blauwe plekken
  • als u ziek bent (griep of infecties, koorts, braken of diarree)
  • veranderde dosering van de antistollingstabletten, bijvoorbeeld vergeten in te nemen
  • als u andere medicijnen voorgeschreven heeft gekregen of juist met het innemen ervan moet stoppen
    • zelfmedicatie zoals pijnstillers, hoestdranken, laxeermiddelen en multivitaminen kunnen de antistollingsbehandeling beïnvloeden. Overleg alvorens te starten met de Trombosedienst. Wilt u toch iets innemen tegen koorts of pijn neem dan alleen Paracetamol en geef het gebruik door aan de Trombosedienst.  
  • vakantieplannen (binnen- of buitenland)